Mussenflat

De huismus (Passer domesticus) kan 14 tot 16 centimeter groot worden en is het
hele jaar in ons land. De populatie wordt geschat tussen de 2 en 3 miljoen. Dit
lijkt veel, maar de laatste jaren is de populatie hard achteruit gegaan. Mussen tjilpen en zijn echte sociale vogels, ze leven daarom meestal in
groepen. De mus heeft een klein leefgebied, meestal niet groter dan enkele honderden meters rondom hun nest, ze verlaten dan ook zelden hun geboortestreek. Mussen vind je vaak in tuinen en parken, waar ze voedsel zoeken en beschutting vinden in struiken en hagen. Huismussen maken hun nesten meestal in en rond
gebouwen. Ze zoeken plekken onder dakpannen, in kieren van muren, of in klimop die langs gevels groeit. Deze nesten worden niet alleen gebruikt om eieren uit te broeden, maar ook als slaapplaats buiten het broedseizoen. Tijdens het voorjaar en de zomer kunnen huismussen meerdere keren jongen grootbrengen, soms wel drie tot vier keer per jaar. Ook voor deze vogel geldt dat de natuurlijke nestmogelijkheden steeds minder worden door het moderniseren en verduurzamen van huizen. Hierdoor zijn ze steeds meer aangewezen op, de door de mens opgehangen, nestkasten.      

Houtsoort: massief eiken (16mm).

Levensduur: plm. 15 jaar

Gewicht: plm. 15 kg. 

Afmeting: lengte 90 cm, hoogte 35 cm, breedte 20 cm.

Dak: afgewerkt met hoogwaardig bitumen dakleer, waardoor een langere levensduur gegarandeerd is.

Onderhoud: in principe heeft de kast geen onderhoud nodig en hoeft dan ook niet geschilderd of gebeitst te worden. Eigenlijk wordt de kast met de tijd alleen maar mooier omdat het hout vergrijst en opgaat in de natuur.

Controle; mussen broeden vanaf eind april. Vanaf half mei kan de kast op broedsels gecontroleerd worden door de voorklep voorzichtig te openen. Wanneer er nog gebroed wordt dan is het aan te bevelen om na 2 weken nog eens te kijken om te zien of er jongen zijn. Jaarlijkse inspectie  (in september) is noodzakelijk, het nestmateriaal moet dan verwijderd worden.

Ophangen: doorgaans vrij simpel te realiseren doordat de kast is voorzien van 2 ophangbeugels. Daarnaast worden 2 deugdelijke haken meegeleverd die in het hout of in de steen/voeg kunnen worden geboord.  

Nestmateriaal: geen nestmateriaal in de kast leggen, dit doen de mussen zelf. Het nest bestaan voornamelijk uit stro, gras en veren.

Ophanglocatie: het is raadzaam om de kast hoog op te hangen (hoger dan 2,5 meter) wanneer je deze aan het huis ophangt. Bij voorkeur onder de dakgoot of dakoversteek. Indien het een rustige plek betreft dan kan het ook lager op plm. 2,5 meter.

Andere bewoners: mezen (vooral kool- en pimpelmees), bonte vliegenvanger en zelfs boomklevers maken dankbaar gebruik van deze kast. 

Het is raadzaam om contact met ons op te nemen zodat we u kunnen begeleiden naar de juiste kast en de juiste ophanglocatie. Middels Google maps kunnen wij met u meekijken en gedegen advies geven. Ook beschikken wij over het nodige kaartmateriaal van uilen in uw omgeving.